KELTISCH ISCA
Een milieugeschiedenis
XXIXste Bijdrage tot de geschiedenis van IJse-, Lane- en
Dijleland, i.s.m. de Heemkundige Kring De Beierij van IJse.
Door Djamila Timmermans.
Alles begon met een intrigerende vraag. Hoe zag
de natuur eruit in de regio van het Zoniënwoud bij
Brussel meer dan tweeduizend jaar geleden?
Liepen er veel dieren rond? Bestonden er nog veel
intacte bossen?
Al snel belandt men dan bij die dappere
Nerviërs, wiens nederzettingen in de Lane-, IJse-
en Voervallei onvindbaar lijken. Geschriften
ontbreken. Archeologen deden wel veel
opzienbarende ontdekkingen uit de La Tèneperiode
in het ex-Gallische Rijk, maar weinig in de
streek van Brabant. Waren de Nerviërs dan toch
de grootste wilden van Gallië?
Maar misschien bestond er een andere piste.
Het krioelt van de Nederlands klinkende
plaatsnamen in onze omgeving, zoals een
Solheide, Farendys, Kaberg, Ketelheide,
Roversvijver of Mierenberg… Ze spreken tot de
verbeelding, hoewel niemand ze echt begrijpt. En
wat indien dit allemaal, net als Isca, de oude naam
voor Overijse, Keltische woorden waren? Dan
moest er wel ergens een woordenboek bestaan
om ze te vertalen?
En zo begon een boeiende en bij wijlen zeer
spannende speurtocht naar de Brabantse Nerviërs.
Stilaan verscheen een hele cultuur opnieuw
vanonder de lapjes wilde natuur en het 21
eeuwse
betonlaagje. Het leidde tot de ontdekking
van een hele leefgemeenschap in de Lane-, IJse-
en Voerstreek, met stevige omwallingen, statige
heuvelforten, heilige bossen, tempels en militair
strategische zones langsheen de Dijlerivier. Zelfs
een heus ambachts- en ijzerontginningscentrum
viel te lokaliseren, zonder ook maar één hoopje
grond om te woelen. Bent U nieuwsgierig naar de rol die Tervuren,
Duisburg, Huldenberg, Neerijse, Hoeilaart en
Overijse voor de regio kunnen gespeeld hebben
tijdens de Oudheid? Wat was de betekenis van de
aloude Keteldelle in het Zoniënwoud? En wat met
de plek ‘De Kerselaar’ waar eigenlijk altijd al een
linde stond? Hoe zat het met die mysterieuze Pitsaff
aan de waterbron nabij het dorpscentrum van
Overijse? Zijn de Dolmen van Tenhertswegen in
Tervuren echt zomaar zwerfstenen? Wie waren
eigenlijk de Beren van de Beierij van Isca? En vlogen
er ooit echt welriekende engeltjes rond boven
Welriekende?
Waarom maken we elkaar vandaag nog zoveel‘blaaskes wijs’ en ‘draaien’ we elkaar graag ‘een
loer’? En wat vertellen we elkaar in feite wanneer
we vloeken?
Antwoorden op deze en nog vele andere vragen
ontdekt U in Keltisch Isca, een milieugeschiedenis.
Het boek, rijk geïllustreerd met kleurenfoto’s en
kaarten, onthult op verrassende wijze de verloren
gewaande leefwereld van onze verre voorouders
uit de La Tène-periode in de Lane-, IJse- en
Voerstreek. Meer dan vierhonderd plaatsnamen
uit de regio, inclusief enkele uit de naburige steden
Brussel en Leuven, werden opgenomen in
bijhorende woordenlijst.
Het zet nogal wat verworvenheden omtrent de
voorgeschiedenis en talen van de Belgen op de
helling, maar één ding is zeker: het Keltisch is in
onze streken nooit echt uitgestorven.
Het boek zal vanaf november voorgesteld
worden in de verschillende culturele centra van
de Druivenstreek:
Vrijdag 8 november 2013 om 20u in C.C.
Den Blank Overijse.
Vrijdag 29 november 2013 in G.C.
Papeblok Tervuren.
Meer info volgt in ondermeer het Kelleblad en
de informatiebladen van C.C. Den Blank in
Overijse en G.C. Papeblok in Tervuren.